Nieuws
1 juni 2022

Vonnis.
Kopiekosten Canon afgewezen

Vonnis d.d. 17 februari 2021 werpt nieuw licht op de afrekeningen voor kopiekosten die Canon jarenlang aan honderden klanten heeft gezonden.

Onze cliënt, Grafisch bedrijf DPS B.V. te Hoogvliet, heeft zich met succes verzet tegen de eindafrekening met terugwerkende kracht voor de afgelopen 6 jaar van circa € 45.000 van CBC Finance B.V. De eindafrekening van CBC was ten onrechte gebaseerd op de door CBC gestelde maar niet met DPS overeengekomen afspraak dat één A3-afdruk had te gelden als twee A4-afdrukken.

De rechtbank Rotterdam heeft in haar vonnis van 17 februari 2021 de vordering van CBC afgewezen.

DPS huurde vanaf 2012 Canon office printers van CBC. In de serviceovereenkomst stond geen prijsonderscheid tussen afdrukken A3 en A4. Tot begin 2020 heeft CBC het aantal vrije afdrukken en het overvolume steeds afgerekend volgens het principe A3 = A4.

Honderden klanten van CBC ontvingen eindafrekening 'A3 = 2x A4'. CBC heeft gesteld dat zij de “fout” (dat één A3 werd afgerekend als één A4) door “een systeemupdate” op het spoor zou zijn gekomen en dat zij op basis hiervan aan “honderden klanten” een “factuur en herberekening” (één A3 afgerekend als twee A4) heeft gezonden waarvan “ongeveer 70% van de klanten de factuur gewoon voldaan heeft”. Met de rest zijn “nieuwe contractuele afspraken” gemaakt of is “tot een finale kwijting van de factuur gekomen, bijvoorbeeld door een 50/50 deal”, aldus CBC tijdens de mondelinge behandeling van de zaak op 21 januari 2021. Zo niet met DPS. En met recht.

Geen prijsonderscheid tussen A3 en A4 in serviceovereenkomst. De rechtbank heeft vastgesteld dat CBC volgens de tekst van de serviceovereenkomst ongelijk heeft: “De overeenkomst en de akte van contractsovername maken steeds melding van een aantal vrije zwarte afdrukken, een aantal vrije kleurenafdrukken, één meerprijs voor zwarte afdrukken en één meerprijs voor kleurenafdrukken. Ook in de overige tekst van de overeenkomst en de akte wordt het door CBC bepleite onderscheid naar afdrukformaat (A3/A4) niet gemaakt.”

Geen voldoende harde marktstandaard ‘A3 = (ten minste) 2x A4’. De rechtbank heeft voorts geoordeeld dat CBC voorafgaand aan het sluiten van de overeenkomst met DPS niet voldoende duidelijk is geweest over haar prijsstelling. DPS had evenmin moeten begrijpen dat er een prijsonderscheid zou zijn tussen afdrukken A3 en A4. “Het voorgaande zou anders zijn geweest als de markt een redelijk harde ‘A3 = (ten minste) 2× A4’ norm kent. In die situatie had het op de weg gelegen van DPS om te vragen wat CBC bedoelde. CBC heeft echter onvoldoende concrete feiten en omstandigheden gesteld waaruit zou volgen dat het zo standaard in de markt is om het onderscheid te maken dat DPS dit ook zonder een waarschuwing had moeten begrijpen. Integendeel, CBC stelt dat dit onderscheid ‘in het principe’ geldt […]. Zij legt niet uit in welke omstandigheden uitzonderingen gelden op de door haar gestelde standaard. Evenmin onderbouwt zij dat er voor grafische machines wel / vaker uitzonderingen gelden dan voor officeprinters en dat en waarom DPS had moeten begrijpen dat uitzonderingen voor grafische machines niet golden voor officeprinters.” Dit klemt temeer daar “CBC jarenlang een groot aantal klanten heeft gefactureerd zonder het onderscheid te maken. CBC deed dus niet wat zijzelf zegt dat de markt doet, terwijl zij tegelijkertijd erkent dat zij een aanzienlijke speler op de Nederlandse markt is.”

CBC komt ten onrechte terug op eigen facturatie gedurende zes jaar. CBC is door de rechtbank in het ongelijk gesteld op grond van de volgende overwegingen:

  1. de prijsstelling van CBC was onduidelijk bij de totstandkoming van de overeenkomst;
  2. er stond geen prijsonderscheid tussen A3 en A4 in de tekst van de overeenkomst;
  3. het eigen handelen van CBC: CBC heeft zes jaar lang A3 als A4 afgerekend; en
  4. de afwezigheid van een voldoende harde marktstandaard ‘A3 = (ten minste) 2x A4’.

“Wat CBC wil, is terugkomen op een zes jaar lang consistent volgens de letter van de overeenkomst uitgevoerde facturatie. Dit vereist een stevigere onderbouwing dan CBC heeft gegeven. De rechtbank gaat er daarom van uit dat is overeengekomen zoals schriftelijk is vastgelegd: er is geen prijsonderscheid tussen afdrukken op A3 en A4.”

“CBC deed dus niet dat wat zijzelf zegt”. De uitspraak is van belang voor drukkerijen, bedrijven in de grafische industrie en andere afnemers van CBC. CBC is niet in beroep gegaan tegen deze uitspraak. Het vonnis van 17 februari 2021 werpt een nieuw licht op de afrekeningen die CBC aan haar klanten heeft gezonden.